Reactieve Hypoglykemie


Overzicht

Reactieve hypoglykemie (postprandiale hypoglykemie) verwijst naar een lage bloedsuikerspiegel die optreedt na een maaltijd - meestal binnen vier uur na het eten. Dit is anders dan een lage bloedsuikerspiegel (hypoglykemie) die optreedt tijdens het vasten.

Reactieve Hypoglykemie

Een aandoeningwaarbij de alvleesklier hevig reageert op ingenomen simpele koolhydraten en suikers door een overdreven hoeveelheid insuline af te geven.Insuline is het hormoon dat ervoor zorgt dat suiker vanuit de bloedbaan de cellen kan binnendringen, binnen cellen dient suiker als de primaire energiebron.


Deze ongepaste stijging van insuline zorgt ervoor dat de bloedsuikerspiegels dalen en hypoglykemische klachten veroorzaakt die heel erg lijken op een gewone hypoglykemie en ook kunnen leiden tot een echte hypoglykemie, hoe laag de bloedsuikerspiegel daalt is individueel erg verschillend.

Reactieve Hypoglykemie is in symptomen erg gelijkend op een gewone hypoglykemie ook wanneer metingen van de bloedsuikerspiegel daalt na de maaltijd maar toch normale waarden weergeeft en veroorzaakt in het algemeen geen levensbedreigende comateuze hypoglykemie maar is niet uitsluitend!

Bij ernstige dalingen lager dan 50 mg/dl kan er overlegd worden met de arts om een hypo kit (Glucagon) voor te schrijven.

Reactieve hypoglykemie is erg gelijkend op het syndroom Idiopathic Postprandial Syndrome (IPS)die niet moet worden verward.


Elke onderliggende medische aandoening moet echter worden behandeld die RH eventueel veroorzaakt zoals prediabetes, na een maag bypass en POTS.

Symptomen

● Snel honger

● Misselijkheid

● Snelle hartslag (tachycardie)

● Bleke huid

● Gevoel van zwakte/vermoeidheid

● Zweten/warm hebben

● Duizeligheid

● Angst

● Hoofdpijn

● Vaak erg koud hebben

● Tintelingen in de lip

● Verwarring (brainfog)

● Stemmingswisselingen

● Prikkelbaarheid

● Ochtendmalaise

● Nachtelijk zweten en honger


“Glycemische index (GI)” en “Glycemische lading” zijn begrippen met een verschillende betekenis, in het kort:


  • Als iets een lage glycemische index heeft, gaat het minder snel opgenomen worden.
    Heeft het een hoge glycemische index, dan wordt het sneller opgenomen.
  • “Glycemische lading” betekent dan weer dat je ervoor kan zorgen dat de glycemische index minder effect heeft, door je porties aan te passen of door het te gaan combineren met andere voedingsmiddelen (voeding rijk aan eiwitten en vetten).

Het dieet

Veranderingen in het dieet helpt om je symptomen te verminderen en RH te stabiliseren.

Het is van belang de onderstaande wijzigingen aan te brengen in het dieet en de timing inclusief samenstelling van de maaltijden, zoals:


●Het eten van een uitgebalanceerd dieet, inclusief magere en niet-vleesbronnen van eiwitten, en vezelrijk voedsel, inclusief volle granen, fruit en groenten


● Vermijd suikerhoudend voedsel en bewerkte eenvoudige koolhydraten, zoals wit brood of witte pasta, vooral op een lege maag


● Let op voeding met eenhoog glycemische index en lading


● Het eten van meerdere kleine maaltijden en snacks gedurende de dag, met een tussenpoos van ongeveer 2-3 uur tijdens de wakkere uren


● Aardappelen hebben een hoge GI.

De GI verhoogt wanneer aardappelen worden gebakken of gefrituurd enverlaagt wanneer je de aardappelen laat afkoelen en dus koud opeet.
Dit heeft te maken dat aardappelen veel zetmeel (dus koolhydraten) bevatten, dit zetmeel is temperatuurgevoelig

Bij afkoeling wordt dit zetmeel resistenter, waardoor het niet zo gemakkelijk wordt opgenomen.

Ongeschilde aardappelen hebben een nog lagere GI.


● Zoete aardappelen hebben een gemiddelde GI.
De GI is lager dan bij de aardappel, maar nog steeds niet heel laag.
Het bevat ‘inuline’, dat is een soort voedingsvezel dat dus de GI verlaagt. Ook hier weer een lagere GI indien ongeschild.

Deze hebben niet zo’n sterk effect als gewone aardappelen wanneer je het laat afkoelen.

Sommige patiënten reageren ook op fruitsuikers of (natuurlijke) suikervervangers zoals Stevia en trage koolhydraten zoals haver.

Wanneer er na enige tijd stabiliteit van de bloedsuikerspiegel met behulp van het dieet is bereikt kan er voorzichtig geprobeerd worden om bepaalde fruit en groente in het dieet toe te voegen.

Ook is het dieet voor elk persoon anders en is het van belang een voedingsdagboek bij te houden om eventuele triggers op te sporen zodat deze kunnen worden geëlimineerd.
Het bijhouden van een 'safe en trigger' voedingslijst kan hierbij helpen.

Probeer te onderzoeken hoeveel gram koolhydraten per dag je nodig hebt en maximum kan verdragen zonder een nefaste van de bloedsuikerspiegel.

Er wordt aangeraden een diëtist te contacteren voor meer informatie en ondersteuning bij het begin van dit dieet.


Ook kan het dragen van een CGM (continueglucosemonitoring)helpen bij het vaststellen van RH, ook is deze erg waardevol om te ontdekken welke voeding een hypoglykemie veroorzaakt en wanneer er moet worden gegeten, hoe de bloedsuikerspiegel zich al dan niet op bepaalde delen van de dag kan stabiel houden etc.

Helaas wordt de CGM in België niet vergoed door het ziekenfonds omdat dit niet valt onder de conventie van diabetici.

Hypoglykemie

Reactieve hypoglykemie zorgt voor een forse daling van de bloedsuikerspiegel wanneer er suikers worden genuttigd dat kan leiden tot een hypoglykemie die per persoon kan verschillen.Een plotse daling van de bloedsuikerspiegel kan optreden binnen het half uur en tot 3-4 uur na de maaltijd.


De eerste fase van een hypoglykemie wordt aanschouwd bij een daling van de bloedsuikerspiegel lager dan 70mg/dl, de tweede fase ontstaat wanneer de bloedsuikerspiegel verder daalt lager dan 60 mg/dl, bij de derde (minder voorkomend) fase waarbij de bloedsuikerspiegel lager daalt dan 40 mg/dl en wordt beschouwd als een ernstige hypoglykemie die ook medische aandacht vraagt.

Wanneer een patiënt klachten ervaart van een hypoglykemie kan dat individueel erg verschillend zijn, patiënten kunnen als eerste symptomen van een hypoglykemie ervaren met een bloedsuikerspiegel lager dan 80mg/dl.
Herken tijdig de symptomen van een beginnende hypoglykemie en eet op tijd om een hypoglykemie te voorkomen!

Suiker is de primaire reden die zorgt voor een hypoglykemie, snelle koolhydraten de tweede.

Sommige patiënten kunnen een (beginnende) hypoglykemie niet tijdig voelen aankomen, het lichaam geeft geen signaal bij een dalende bloedsuikerspiegel en wordt ook wel hypoglycemia unawareness genoemd.

De oorzaak van hypoglycemia unawareness kan zijn dat het lichaam al vaak hypo's heeft doorgemaaktof doordat er zenuwen zijn beschadigd (autonome neuropathie).

Het dragen van een medisch ID sieraad rond de hals of pols kan noodzakelijk zijn voor de medische hulpverlening bij ernstige hypoglykemie.


Voor de meeste mensen met reactieve hypoglykemie is de werkelijke oorzaak van zijn oorsprong niet duidelijk.

Maar de symptomen van deze aandoening kunnen verband houden met welk voedsel werd gegeten of variaties in de timing van het voedsel dat door het spijsverteringsstelsel beweegt.

Mogelijke oorzaken van reactieve hypoglykemie zijn alcohol, bepaalde chirurgische procedures (maagbypass of operatie voor een maagzweer), erfelijke stofwisselingsstoornissen en sommige tumoren ofenzymtekorten.

Er is nog niet veel bekend over deze aandoening en kan ook in verband staan met prediabetes en het autonoom zenuwstelsel, hier is nog verder wetenschappelijk onderzoek over nodig.


Over het algemeen wordt een medische evaluatie uitgevoerd om te achterhalen of de symptomen worden veroorzaakt door een lage bloedsuikerspiegel en zo ja, of de symptomen verbeteren wanneer de bloedsuikerspiegel weer normaal wordt.

Als je ernstigere symptomen hebt, moeten mogelijk aanvullende tests worden uitgevoerd.

Er zijn verschillende testen die kunnen worden gedaan om reactieve hypoglykemie vast te stellen zoals een suiker tolerantie test en fasting glucose test (opname in het ziekenhuis waarbij de patiënt een x aantal uur of dagen nuchter wordt gehouden en hierbij regelmatig de bloedsuiker wordt gecontroleerd).

Ook kan het meten van de hba1c waarde in het bloed worden gedaan maar is niet sluitend mits dit een gemiddelde waarde van de bloedsuikerspiegel weergeeft van de afgelopen drie maanden.

Elke onderliggende medische aandoening moet echter worden behandeld die RH eventueel veroorzaakt zoals prediabetes.


Antibiabetica

Reactieve hypoglykemie vereist meestal geen medische behandeling.

Sommigeantidiabeticakunnen helpen om de glucose in het bloed te stabiliseren zoals Metformine, ook wanneer de arts vermoed dat deze patiënten prediabetes kunnen hebben.

Metforminewerkt door de hoeveelheid suiker die de lever in het bloed afgeeft te verminderen.

Het zorgt er ook voor dat je lichaam beter reageert op insuline.

Deze medicaties en hun positieve werking is echter nog niet volledig bewezen en heeft niet op elk patiënt een gunstig effect.

Ook kunnen er bijwerkingen ontstaan bij het nemen van medicatie die op langere termijn niet meer kan worden genomen.

Omgevingsfactoren

Omgevingsfactoren kunnen ook een grote rol spelen bij het regelen van de bloedsuikerspiegel, fysiek, emotioneel en de omgeving.

Intensieve sport of inspanningen hebben ook een invloed op de bloedsuikerspiegel, suiker is de hoofd energiebron van ons lichaam die ons voorziet van energie in het lichaam en hersenen.

Het lichaam haalt bij inspanningen glucose uit de spieren als energiebron, zorg dus voor voldoende aanwezigheid van glucose in het lichaam alvorens een inspanning te leveren of bepaalde sport uit te oefenen en herken tijdig de eerste signalen van een eventuele hypoglykemie.

Ook kan wederom beweging en inspanningen er voor zorgen dan de bloedsuikerspiegel stijgt doordat de lever glucose vrij laat in het lichaam die is opgeslagen als reserve om de bloedsuikerspiegel stabiel te houden, dit gebeurd ook s'nachts. De bloedsuikerspiegel kan dalen en weer stijgen zonder te moeten eten, dit wordt een rebound genoemd.

De lever kan tot 100-120 gr glycogeen opslaan en gebruiken wanneer nodig, dat is tot wel 10% van de lever.

De spieren kunnen 300-600 gr glycogen opslaan.

Er wordt aangeraden actie te ondernemen en iets te eten wanneer de bloedsuikerspiegel daalt tot 80mg/dl.


→ Studie over een mogelijke link tussen reactieve hypoglykemie en disfunctie van het autonoom zenuwstelsel kan je hier lezen.

→Hier vind je ook een filmpje van een lezing die Dr Shibao geeft (Dysautonomia Centre of the Vanderbilt University) over het autonome regulatie van glucose in POTS patiënten.